De vuist van tafel

Er was een tijd dat ik het hele jaar door blauwe bessen at, als ik daar zin in had. Nu ben ik degene die aan mijn opgroeiende kinderen uitlegt dat buiten het seizoen blauwe bessen uit Peru kopen niet het meest duurzame idee is. Ik ben de afgelopen jaren een bewustere vader én een bewustere inkoper geworden. Een inkoper die met een andere aanpak bewijst dat duurzaamheid niet duur hoeft te zijn. Integendeel.

Het inkoopvak is veranderd. Ooit draaide ons vak om de vier P’s: Prijs, Prijs, Prijs en Prijs. We sloegen vooral met onze vuist op de tafels van leveranciers om zo goed en voordelig mogelijk in te kopen. Soms stond er ineens iemand van een andere afdeling aan ons bureau: of we rekening konden houden met wat gezond is, of duurzaam. Die tijd ligt ver achter ons. Binnen Albron spant iedereen zich in voor een aanbod dat lekker, gezond, duurzaam en betaalbaar is. En dus zitten wij als inkopers ook anders aan tafel met onze leveranciers.

Een half miljoen kilo kaas
We zitten al sinds 2013 niet meer alleen als Albron aan die tafel. Met zes andere foodservicebedrijven hebben we een gezamenlijke inkooporganisatie opgericht: Victoria Trading. Daarin trekken we op met bijvoorbeeld de Efteling en La Place, maar ook met een directe concurrent. Die ongewone combinatie geeft een ongekende slagkracht om kwaliteit tegen de juiste prijs in te kopen, kennis te delen, te innoveren en te verduurzamen. Met een opgeteld inkoopvolume van 300 miljoen euro krijgen we beweging in wat vastzit. Zeker als het gaat om producten waar we alle zeven veel van nodig hebben voor onze gasten. Kaas bijvoorbeeld. Sinds vorige maand is al onze kaas gemaakt van weidemelk. Afkomstig van koeien die langer in de wei kunnen lopen dus. Dat lukt ons, omdat we samen meer dan een half miljoen kilo kaas inkopen.

Zonder extra kosten op het bord
En het mooie is: dat lukt op die manier zonder prijsverhoging. Dat is belangrijk, omdat we ons aanbod willen verduurzamen zonder extra kosten op het bord van onze opdrachtgevers of gasten te leggen. Met zulke volumes krijgen we leveranciers mee in een duurzamer aanbod. En ook hún toeleveranciers en de boeren: iedereen in de keten beweegt mee om dit mogelijk te maken. Ook als het gaat om receptuuraanpassingen en productontwikkeling. Onze beroemde gehaktballen bijvoorbeeld: die zijn tegenwoordig voor 20% plantaardig, dat is een goede stap in dier- en milieuvriendelijkheid en het doet aan de smaak echt niets af. Die 20% helpt ons om stapsgewijs een steeds groter aandeel dierlijke eiwitten te vervangen door plantaardige eiwitten. Dat is één van onze belangrijkste doelstellingen met betrekking tot duurzaamheid.

Verdubbeling in duurzaamheid
Deze andere manier van inkopen werkt. We luisteren scherper naar onze chef-koks en gasten om het lekker te houden. We letten op suiker, vet, zout en dierlijke of plantaardige herkomst voor onze gezondheid. En we weten de kosten laag te houden. Ondertussen maken we flinke slagen in verduurzaming door het effect van producten op mens, dier en milieu steeds mee te wegen. In 2015 kochten we 21% van ons menu duurzaam in volgens onafhankelijke instanties. Dit jaar 39% en volgend jaar willen we richting de 50%. Dat is meer dan een verdubbeling in duurzaamheid binnen vijf jaar. En dat door niet met onze vuist op tafel te slaan, maar door de ene vuist op de andere te stapelen. En door niet het hele jaar blauwe bessen te willen eten natuurlijk.

Bart van Westreenen
Manager Inkoop en Supply Chain Albron

Meer blog artikelen